Van maandag t/m vrijdag begint je dag om 6.15 uur in de kantine met collega's en een kop koffie. Je pakt de vrachtwagensleutel van het bord en een stuk fruit voor onderweg. Je loopt naar jouw wagen en controleert hem op veiligheid en werking. In de wagen start je de boordcomputer op. Hierin zie je welke opdrachten er voor vandaag gepland staan. Hierna ga je op pad naar je eerste adres. Je komt zowel bij bedrijven als bij particulieren. Hier plaats je afvalbakken of je haalt ze weer op.
Vandaag lukt het niet om een broodje te eten in de kantine op de vestiging, maar eet je onderweg. Tijdens de lunch belt je teamleider om te vragen hoe het gaat. Je hebt een drukke middag voor de boeg, nog 4 klanten te bezoeken je moet nog even langs de garage om een kleine reparatie te laten uitvoeren aan de vrachtauto. Aan het einde van je rit/ opdrachten bel je met de planning met de vraag of collega's nog hulp kunnen gebruiken.
Terug op de locatie neem je de bijzonderheden in je opdrachten door met je teamleider of de planning. Je bekijkt alvast welke rit je morgen hebt en zorgt ervoor dat je morgen direct op pad kunt. Je wenst je collega's een fijne avond en gaat op tijd naar huis voor het avondeten.